Nou daar dachten enkele 18e eeuwse polderkapitalisten toch wel even anders over als we een advertentie in de Amsterdamse Courant van 21 november 1785 mogen geloven.
bron www.delpher.nl |
'Daar het by niemand onbekend zyn kan, wel een onbegrensd voordeel de Colonie Surinamen aan het lieve Vaderland 's jaarlyks opbrengt, en hoezeer de Koophandel en Zeevaart daar door uitgebreid word, waarvan wederom zo veele duizenden Menschen hun bestaan hebben, - zo is het ook niet minder zeker, dat de ondergang van deze Colonie, de grootste pylaren des Lands, te weeten de Koophandel en Zeevaart, van haare grondvest zoude berooven......'
Maar de ondergang van de kolonie dreigt omdat er te veel geld aan de planters was geleend tegen te hoge interest. De advertentie maakt geen melding van de ingestorte suikermarkt, waardoor de planters hun leningen niet af konden betalen. Hulp is dringend nodig, dat wil zeggen veel geld, heel veel geld, dus nog meer investeren (ten gunste van de belanghebbenden), want anders valt volgens bovenstaand citaat met Suriname de basis onder Nederland weg. Tsja, wat is het verschil tussen een omvallende kolonie in 1785 en een omvallende bank na 2000?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten