dinsdag 6 december 2011

Slavernij in Suriname


Plantageslaven getekend door Theodore Bray, tussen 1841-1850

Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell
 Théodore Bray, geboren in België kwam in 1841 op 23 jarige leeftijd in Suriname. Zeer waarschijnlijk begon hij daar onder aan de ladder als blankofficier.  De blankofficier was belast met het directe toezicht op de slaven. Ook zijn zus vestigde zich in de kolonie, als vrouw van Jacob Isaäc Spiering. Na enkele jaren werd Bray mede-eigenaar van de cacao plantage Spieringshoek, een middelgrote onderneming, met zo'n 99 slaven, gelegen op de linkeroever van de Commewijne. In 1868  vertrok de rijk geworden Bray naar Nederland. In 1877 ging hij terug naar België, waar hij in 1887 overleed.  
Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell

Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell

Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell

Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell

In Suriname tekende Bray het plantageleven, dat hij van zeer nabij leerde kennen. Hij gaf de rauwe werkelijkheid van het slavenleven weer zonder het romantische waas van Benoit.
Men zal tevergeefs zoeken naar vrolijk lachende en zingende negerslaven. .
Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell




Surinaamse schetsen en typen, 1850
Coll. Ver Huell











Zeker:  Bray tekende geen lijfstraffen en wrede mishandelingen zoals Stedman.
De misère van de slavenbestaan gaf hij veel subtieler weer in de trieste en sombere gezichten van de slaven, met name die van de veldslaven.

Zo leuk was het slavenleven kennelijk niet, hoewel menigeen ons nog altijd wil doen geloven dat het best wel meeviel daar op die plantages.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten